Over het Schengengebied
Als een visumplichtige buitenlandse gast naar Nederland wil komen voor een bezoek van ten hoogste 90 dagen is voor de meeste situaties een Schengenvisum vereist.
Alleen reizigers die in het bezit zijn van een geldige verblijfsvergunning uit één van de Schengenlidstaten of zij die in het bezit zijn van een ‘verblijfskaart voor gezinsleden van een burger van de Unie’ uit één van de EU landen hebben geen visum nodig om de Schengenlidstaten te bezoeken.
Het Schengengebied is een samenwerking van 26 Europese lidstaten die een gemeenschappelijk grens- en visumbeleid voeren, deze landen noemen we Schengenlanden of Schengen staten. De lidstaten zijn dus aan dezelfde visumregels gebonden, deze zijn vastgelegd in de gemeenschappelijke Visum Code, EU verordening 810/2009/EG. Dit stelt reizigers in staat om zich binnen het hele Schengengebied te verplaatsen zonder onderlinge grenscontroles, visumplichtigen hebben slechts één visum -het Schengenvisum- nodig om de buitengrens van het Schengengebied te passeren.
Officieel heet dit visum een visum kort verblijf (VKV), of visum ‘type C’, maar in de volksmond ook wel ‘toeristenvisum’ of ‘Schengenvisum’ genoemd.
Lijst van 26 Schengenlanden
De Schengenzone bestaat uit 26 landen:
België | Denemarken | Duitsland |
Estland | Finland | Frankrijk |
Griekenland | Hongarije | Italië |
Letland | Liechtenstein | Litouwen |
Luxemburg | Malta | Nederland |
Noorwegen | Oostenrijk | Polen |
Portugal | Slovenië | Slowakije |
Spanje | Tsjechië | IJsland |
Zweden | Zwitserland |
Let op: De EU-landen Bulgarije, Cyprus, Ierland, Kroatië, Roemenië en het Verenigd Koninkrijk zijn geen Schengenlanden.